De vacht van het paard dat ik beoordeel is niet echt strak en glanzend. Ik voel en beoordeel de body Condition Score, oftewel de voedingstoestand. Bij deze springpaardensportstal ben ik gevraagd het rantsoen te controleren. De klacht, en dat zie (en voel) ik ook aan de paarden, is dat ze wat beperkt bespierd zijn.
Mijn aandacht verplaatst zich naar het volle hooinet wat in de stal hangt. Ik bekijk het hooi, ruik eraan, haal er wat uit. Met het openen van het net komt er heel wat stof vrij. Het hooi is wat kort, heeft weinig bladrijk materiaal, de stengels zijn sprieterig en het heeft een grauw-grijze kleur.
De eigenaar en ruiter beaamt dat dit niet de beste kwaliteit is. Helaas had hij geen inzage in wat er werd geleverd, liggen er nog best veel pakken van en had hij al het gevoel dat hier een deel van de oorzaak van het probleem kan liggen.
Analyse geeft inzicht
We besluiten een analyse te laten maken. Dat geeft toch het beste inzicht en daarna is het makkelijker een besluit te nemen hoe je dit hooi verder wel of niet gaat gebruiken.
De analyse laat een redelijk energiearm, maar ook behoorlijk eiwitarm hooi zien. Hoewel de paarden volop hooi kregen en ook nog wat krachtvoer daarnaast, levert dit onvoldoende eiwit op voor deze springpaarden.
Het heeft nog heel wat voeten in de aarde gehad om een beter passende kwaliteit hooi te vinden. Van meerdere partijen zijn de analysen gecontroleerd of werd eerst een analyse gemaakt. Uiteindelijk werd het ruwvoer advies een combinatie van twee partijen, afgestemd qua hoeveelheid op de behoefte van de paarden en op het aanvullende voer.
Natuurlijk is het beter om vooraf te weten wat je voert, in plaats van te wachten op klachten bij de paarden. Het maken van een ruwvoeranalyse is meer en meer gangbaar geworden.
Variabele voederwaardes van ruwvoer
De voederwaarde van ruwvoer kan zeer variabel zijn. Daarom moet je telkens bij nieuw ruwvoer weten hoe je dit gebruikt. Zo voorkom je vermindering van bespiering, maar ook overgewicht of vermagering.
Weten wat de waarde is van het hooi (of voordroog) kan ook helpen om te besluiten of je dit beperkt of onbeperkt aan je paarden kan geven.
Voor paarden die geen overgewicht hebben of daar gevoelig voor zijn, en voor paarden die een hoge energiebehoefte hebben, kan je ervoor zorgen dat er altijd hooi beschikbaar is, onbeperkt dus.
Maar niet elk paard is gebaat bij onbeperkt ruwvoer.
Soms kan het niet, omdat het paard te dik wordt.
Soms is het voersysteem op de stal waar je staat gericht op de combinatie met krachtvoer.
Als je beperkt ruwvoer geeft moet je alert zijn dat je niet te weinig voert.
Er is altijd een bepaalde hoeveelheid nodig om ervoor te zorgen dat:
- Het paard voldoende kauwt en speeksel maakt (goed voor zijn maag).
- Het paard niet te lang zonder eten staat.
- De darmen voldoende vezels binnenkrijgen voor een goede doorstroming en een gezonde darmflora.
Deze (minimaal noodzakelijke) hoeveelheid ruwvoer is niet altijd voldoende om je paard genoeg energie te geven. Dit is afhankelijk van de energiewaarde van het hooi. En dan moet je dus extra ander voer geven (of meer ruwvoer als dat kan).
Inzicht door een ruwvoeradvies
Met een ruwvoeradvies krijg je antwoord op vragen welke hoeveelheid je paard minimaal nodig heeft, of onbeperkt voeren leidt tot risico op overgewicht en wat de optimale hoeveelheid is. Daarbij wordt ook gekeken naar de hoeveelheid eiwit in het hooi en uiteraard de hoeveelheid suiker.
Meer inzicht in de kwaliteit van het ruwvoer zorgt ervoor dat je het ruwvoer zo optimaal mogelijk gebruikt. Dit komt de gezondheid van het paard ten goede en kan gebruik van krachtvoeders of supplementen verminderen of overbodig maken.
En trouwens, de springpaarden knapten zienderogen op met het betere hooi. Regelmatig komt het verzoek om de analyse van de volgende partij te controleren. Voor deze eigenaar geen verassingen meer met ongewenste gehalten in het ruwvoer!